De Aandelenmarkt; van gewone mensen tot grootkapitaal
Op het eerste gezicht is het niet echt een heel imponerend gebouw, zeker als je wel eens op Wall Street in New York bent geweest. Toch worden aan het Damrak in Amsterdam, om precies te zijn op Beursplein 5, al vele honderden jaren aandelen en andere daaraan gerelateerde producten verhandeld. Het is daarmee een van de oudste aandelenbeurzen ter wereld. Aan de basis van de Amsterdamse beurs stond zoals je misschien wel weet de VOC, dat in 1602 als eerste bedrijf ooit openbaar aandelen uitgaf. Vandaag ga ik een economisch-geografisch/maatschappelijk kijkje nemen in deze wereld, wat er zo eentje is waar je eigenlijk niet altijd zo veel over hoort, maar die wel overal aanwezig is.
In de basis werken aandelen vrij simpel; het is een waardepapier (wat in het geval van de aandelenbeurs volledig digitaal gaat) waarbij je geld verschaft aan een onderneming in ruil voor zeggenschap en recht op een deel van de winst. Aandelen zijn er in verschillende vormen en hebben tal van daaraan gerelateerde beleggingsproducten, maar dat ingewikkelde economische verhaal laat ik voor wat het is. Op de beurs van Amsterdam worden aandelen verhandeld van Naamloze Vennootschappen, wat bedrijven zijn waarvan de aandelen niet op naam staan en vrij verhandeld mogen en kunnen worden. Praktisch elk land heeft zijn eigen aandelenbeurs en is meestal gevestigd in de hoofdstad en soms in een andere economisch belangrijke stad. Zo zit die van Duitsland in Frankfurt en heeft China er twee; een in Shanghai en een in Shenzhen. Wallstreet is verreweg de grootste beurs, met een waarde van 23,14 biljoen dollar, waar de grootste Europese beurs (waar Amsterdam onderdeel van is) een bescheiden 4,65 biljoen dollar waard is. Maar wat voor bedrijven staan er zo al op de Amsterdamse beurs?
Op de Amsterdamse beurs vind je meer dan honderd bedrijven terug. Van het pilsje na een lange dag, de bank waar je bij zit, de supermarkt die je bezoekt en zelfs tot het eten dat je laat bezorgen omdat die supermarkt te ver is, het vindt allemaal zijn weg terug naar Beursplein 5. Ondanks die verscheidenheid aan bedrijven is er eentje dat met kop en schouders boven de rest uitsteekt; Royal Dutch Shell. Shell is groter dan elk ander bedrijf en heeft voor een waarde van 231 miljard euro aan aandelen uitstaan. In vergelijking; nummer 2 Unilever heeft een waarde van 181 miljard euro en nummer 3 ASML (chipmaker) slechts 75 miljard.
Bovenstaande cijfers zeggen al genoeg, het is een plek waar verschrikkelijk veel geld in omgaat en je zou denken dat dat ook alles is waar het om draait, maar dat is wel wat kort door de bocht. Aandeelhouders ontvangen een winstuitkering (het dividend) van het bedrijf waar ze aandeelhouder in zijn maar zijn alles behalve ongevoelig voor de maatschappelijke impact die het bedrijf heeft. Het is waarschijnlijk aan je voorbij gegaan maar momenteel is de tijd van het jaar (het AvA-seizoen) waarin aandeelhouders en de top van het bedrijf met elkaar vergaderen over allerlei zaken die het bedrijf aangaan. Het zijn vrij formele aangelegenheden die meestal vooral heel lang en saai zijn, maar ook nog wel eens ergens over gaan.
Waar altijd veel over te doen is zijn de salarissen van de topbestuurders van beursgenoteerde bedrijven. Topbestuurders van de 25e grootste bedrijven aan de Amsterdamse beurs verdienen gemiddeld een slordige 6,9 miljoen euro, met een uitschieter tot een astronomische 14,5 miljoen euro. Wanneer salarissen van deze bestuurders het nieuws halen, is het meestal omdat de meeste mensen het te hoog vinden. Helemaal onterecht is het niet, aangezien Nederlandse topbestuurders tot de top 3 van de wereld behoren qua salaris (In Zwitserland en de VS verdienen ze meer). De 14,5 miljoen euro waar ik het over had is het salaris van Nancy McKinstry, de CEO van Wolters Kluwer, een groot ICT-bedrijf.
Toch gaat het niet alleen maar over salarissen, ook duurzaamheid staat vaak op de agenda. Zo gaat het bij Shell al jaren over duurzaamheid en proberen een groep activistische aandeelhouders Shell te dwingen om te verduurzamen en de opbrengsten uit de de olie- en gaswinning te investeren in duurzame energie. Shell wil wel, maar alle pogingen ten spijt wordt de duurzaamheidsresolutie nooit aangenomen. De aandeelhouders, wat veelal grote pensioen- en investeringsfondsen zijn kiezen als het er op aankomt voor de winst (Shell keert naar verhouding veel dividend uit en slaat dat bovendien nooit over) en niet voor een radicale omslag naar duurzaamheid. Het is een punt waar het vaak wringt; pensioenfondsen (die in Nederland veel geld beheren) zijn er in de eerste plaats om pensioenen te bekostigen (door investeringen te doen en dividend te ontvangen), niet per se om een bedrijf te dwingen tot een radicale omslag.
De aandelenbeurs lijkt vaak een ver-weg-van-je-bed-show en vrij ingewikkeld, maar het draait in essentie vaak toch om sentiment en gevoel. Als aandeelhouders ergens geen vertrouwen in hebben of pessimistisch zijn, beïnvloedt dat de beurskoersen. Waar de beurzen vorig jaar records braken wat groei betreft, zijn de beurzen dit jaar vaak negatief gestemd door onrust en zaken zoals de handelsoorlogen tussen de VS en andere landen. Een goed voorbeeld van zo’n bedrijf waar het om gevoel draait is Ajax. Ajax is de enige voetbalclub van Nederland met een beursnotering, al staat maar een klein deel van de aandelen op de beurs. Toen op 5 maart Ajax Real Madrid versloeg, steeg het aandeel met 1,20 euro tot 16,55. Op 16 april was het een vergelijkbaar verhaal; Juventus werd verslagen en de koers van het aandeel Ajax steeg weer met 1,55 euro. Vorige week donderdag was de invloed van de uitslag op de koers wederom groot; het verlies van Ajax tegen Tottenham zorgde voor een daling van 4,55 euro. Een voetbalclub runnen werkt natuurlijk wel anders dan het runnen van een bank of een oliebedrijf, maar ondanks de economische complexiteit van de financiële wereld is het een wereld die niet alleen maar louter om geld draait.