De groene dromen betaald met het zwarte goud
Afgelopen zomervakantie was ik met vrienden in het altijd zonnige Noorwegen. Naast het overschot aan blauw-geoogde-blondines en het veel te dure alcohol (een biertje kost in een restaurant al gauw omgerekend €8) viel mij nog iets op in het Scandinavische land: letterlijk overal rijden elektrische auto’s.
Gelukkig blijkt mijn observatie niet mijn verbeelding te zijn en laten de cijfers zien dat er inderdaad veel elektrische auto’s rijden in Noorwegen: heel veel. Ruim 214.000 om precies te zijn, goed voor ongeveer 8% van de totale hoeveelheid auto’s in Noorwegen. Wanneer ook de hybriden auto’s meegenomen worden verdubbelen deze aantallen zich bijna en brengt dit het totaal op ruim 421.000 (gedeeltelijk) elektrische auto’s, zo’n 15,4% van het totale arsenaal aan auto’s. Dit is aanzienlijk meer dan er bijvoorbeeld in Nederland rijden. In ons landje komen we niet verder dan 45.000 volledig elektrische auto’s en 139.000 gedeeltelijk elektrische auto’s, goed voor zo’n 3.7% van het totaal. Deze forse hoeveelheid elektrische auto’s in Noorwegen neemt ook alleen maar toe, van alle nieuw verkochte auto’s is ruim de helft tegenwoordig elektrisch, een trend die alleen maar lijkt te stijgen. Hoe komt het toch dat zoveel Noren besluiten om hun oude vertrouwde benzineauto in te ruilen voor een auto met een stekker?
Dit heeft alles te maken met het beleid dat de Noorse regering voert. Er wordt geprobeerd om mensen zo ‘groen’ mogelijk bezig te laten zijn binnen het land. Elektrisch rijden past binnen deze trend. Om zoveel mogelijk mensen te overtuigen om een elektrische auto te kopen zijn er veel voordelen bedacht om dit te stimuleren. Het belangrijkste voordeel is het feit dat er geen BTW betaald hoeft te worden over elektrische auto’s, dit scheelt de consument zeer veel geld aangezien de BTW op voertuigen 25% bedraagt in het land. Daarnaast zijn er nog extra ‘kleine’ incentives bedacht om de consument voor elektrisch te laten kiezen. Zo betalen elektrische voertuigen geen tol, geen parkeergeld en kan er in vele steden zelfs gratis worden opgeladen en mogen de elektrische voertuigen (te herkennen aan de kentekens die beginnen met de letter E) zelfs op de busbaan rijden!
Al deze financiële meevallers kosten geld, maar gelukkig heeft de regering hier een potje voor. Dit potje is ontstaan nadat er eind jaren 60 olie werd gevonden in het Noorse deel van de Noordzee. Al gauw volgden vele andere locaties langs de Noorse kust en beleefde de Noorse economie een boost als nooit tevoren. Opeens beschikte de regering over gigantische hoeveelheden geld. In plaats van dit volledig uit te geven hebben voormalige Noorse regeringen besloten om een nationaal pensioenfonds op te richten met als bijnaam ‘het fonds’ of ‘het oliefonds’. Elk jaar werd een deel van de winst die de overheid maakte met het winnen en verkopen van olie in het fonds gestopt. Inmiddels is dit fonds uitgegroeid tot het grootste publieke pensioenfonds van de gehele wereld en tikte het fonds eind 2019 een totale waarde van ruim één biljoen dollar aan. Dit komt neer op bijna $198.000 per Noor.
Dit alles leidt tot de vraag of de Noorse regering bezig is met een hypocriet beleid. Aan de ene kant stimuleert het groene ontwikkelingen binnen eigen land, met vele subsidies voor elektrische auto’s die allemaal opgeladen worden met de 98% groene stroom die het land produceert. Maar aan de andere kant verkoopt het nog steeds als een malle door gigantische hoeveelheden olie naar de rest van de wereld te pompen. Elke dag (!) exporteert Noorwegen ruim 1,2 miljoen vaten olie die ergens op de wereld verbrand zullen worden. Deze hoeveelheden zijn aanzienlijk en lijken nog lang niet af te nemen. Sterker nog, Noorwegen probeert naar meer olie te boren voornamelijk in de nu nog nauwelijks door mensen aangetaste Noordpool. De eerst zo mooi lijkende ‘groene’ initiatieven van het Scandinavische land vallen daarom al snel door de mand. De vele nieuwe Tesla’s die het land rijk is lijken namelijk betaald te worden door het zwarte goud uit het verleden.