Monaco: een gokparadijs

Geschreven: Irene Assmann

Het begon allemaal dankzij de familie Grimaldi. Deze koninklijke familie gaf in 1856 namelijk groen licht om kansspelen toe te staan. Dit deden ze omdat ze op dat moment in financiële problemen verkeerde. Hierdoor konden ze hun financiën weer op de rails krijgen. Voor de casino-exploitant François Blanc was dat reden om te beginnen aan de bouw van het Casino de Monte-Carlo, dat later zou uitgroeien tot één van de meest beroemde casino’s van de wereld. Het was dankzij datzelfde casino dat Monaco zich zou ontwikkelen tot een casinobestemming die steeds meer aan populariteit begon te winnen.

Aangezien het casino wat moeilijk toegankelijk was, werd er een spoorlijn aangelegd die ervoor moest zorgen dat het grote publiek werd aangetrokken. Toen dat eenmaal het geval was, begon het casino overal naam te maken. Wat daar vooral bij hielp was dat casino’s in Frankrijk toen verboden waren. Ook was Monaco het beruchte land waarin het rouletteballetje maar liefst 26 keer achtereenvolgens op zwart zou zijn gevallen. Dat zou allemaal bijdragen aan de mystieke reputatie van het Monte Carlo Casino, en dus automatisch ook aan Monaco als casinoland.

Opmerkelijk genoeg zullen weinig van de mensen op de speelvloer uit Monaco komen, die worden namelijk “beschermd tegen gokken” en geweerd uit de casino’s. Het Monte Carlo Casino werd gebouwd op aandringen van de Grimaldi-familie die op dat moment in geldproblemen verkeerde. Via het casino konden ze hun eigen financiën weer op de rit krijgen. Ze hadden echter één moreel bezwaar: om geld te verdienen over de rug van de eigen bevolking. Daarom werd er vooral gericht op buitenlandse bezoekers. Of dat anno 2018 niet wat oneerlijk is ten opzichte van de eigen bevolking die ook graag wil spelen? Misschien een beetje. Maar daar staat tegenover dat ze geen belasting hoeven te betalen.