Mijn bovenbuurvrouw benadrukte dat ik niet zomaar de deur van het portiek moest openen als ik niemand verwachtte. Er scheen een vreemde man binnen te zijn gekomen en ze vond het maar een eng idee dat mensen zo naar binnen zouden kunnen lopen. Dit kwam mede doordat de vader van haar kleinkinderen die niet meer mocht zien en hij zou dan ook zomaar op bezoek kunnen komen. De deur niet opendoen voor vreemden dus. Dit gebeurde op dezelfde dag dat Jan Terlouw zijn betoog hield in De Wereld Draait Door en sprak over dat vroeger deuren gewoon open konden door middel van een touwtje in de brievenbus. ‘Indrukwekkend’ werd er geroepen, ’emotioneel’ werden we er van en ‘Terlouw for president’ werd er gezegd. Voor degenen die de zendtijd van grand old man Jan Terlouw (van Oorlogswinter, maar in een ver verleden ook politicus voor D66) gemist hebben – hier het zeven minuten durende betoog van de beste man.

Het betoog heeft indruk op mij gemaakt. Naast dat Terlouw op zijn 85e nog een toespraak vol passie kan geven (uit het hoofd), zette zijn gemeende emoties op het einde van de speech mij aan het denken. Terlouw pleit voor meer vertrouwen in de maatschappij, zowel van burgers en politici. Het touwtje uit de brievenbus, wat heel gebruikelijk was in de jaren ’50, is een sentimenteel verlangen naar vervlogen tijden. Een tijd waarin we elkaar vertrouwden. Nee, nu hangen er geen touwtjes meer en misschien niet omdat we onze buren minder vertrouwen. Vroeger liepen de kinderen bij elkaar de deur plat omdat moeder toch wel thuis was – gelukkig is de emancipatie een stuk verbeterd in die zestig jaar.

„Nu doe je geen zaken meer met een handdruk, maar met vijf contracten.”

Afnemend vertrouwen en toenemende bureaucratie: het is allemaal slecht gesteld tegenwoordig bijvoorbeeld in het zakendoen. Ik weet natuurlijk niet hoe het vroeger was, maar het lijkt alsof dit sentiment dat vroeger alles beter was een grote rol heeft gespeeld bij de uitslag van de Brexit, de verkiezing van Trump, maar ook bij de Nederlandse Zwarte Pietendiscussie (en erger nog: op Facebook pagina’s als ‘Nederland Mijn Vaderland’). Natuurlijk stelt Terlouw hier een belangrijk probleem aan de kaak, maar het is natuurlijk wel wat naïef gesteld. Onze samenleving is diverser dan zestig jaar geleden en niet meer in hokjes te stoppen. We zijn bang geworden voor vreemden, maar het lijkt me stug dat vreemden vroeger ook angsten opriep. Othering is namelijk geen hedendaags fenomeen. Om zekerheid te hebben, maken we contracten in plaats van een afspraak te maken met een ferme handdruk. Misschien is de angst voor vreemdelingen te verklaren vanuit het feit dat de wereld zoveel groter geworden is dankzij globalisering.

“Als nevenverschijnsel van de welvaartstaat zijn we de aarde aan het verwoesten”

Ook de klimaatverandering gaat Terlouw enorm aan het hart. Terecht. Uitspraken van Trump waarin hij zegt het pas gesloten klimaatakkoord van Parijs terug te trekken en ook stelt dat klimaatverandering “conspiracy” van de Chinezen is en dus niet bestaat, zijn verontrustend. Terlouw stelt dat de klimaatverandering een economisch noch technologisch probleem is. De politiek durft geen beslissingen te nemen omdat zij haar burgers niet vertrouwt – en andersom. Wanneer hij het heeft over de plastic soep die in drie oceanen drijft moet ik denken aan dat fantastische project van “The Ocean Clean Up”. Zijn dit soort ideeën niet meer van deze tijd? In plaats van het pleiten voor een overheid met moreel gezag dat het gebruik van olie moet verbieden, moeten we het hebben van dit soort ontzettende innovatieve en creatieve ideeën. We moeten niet ‘terug naar de tijd waar het touwtje uit de brievenbus hing’ maar vooruit denken in de dynamiek van onze huidige tijd en met oplossingen komen die bij deze tijd horen. Vroeger was niet alles beter. De wereld is nu anders. De toekomst is avontuurlijk en spannend. Met een poldercompromis in deze verdeeld rakende samenleving komen we niet tot de oplossing die onze aarde en maatschappij nodig heeft.