Nauru, zelfs menig geograaf zal er nog nooit van gehoord hebben. Dat is ook niet gek, want dit kleine landje behoort met 10,800 inwoners tot één van de ministaten van deze aardbol. Het is een piepklein eiland in de Grote Oceaan. Je zou denken dat er niet zoveel interessants te vertellen valt over een eilandje met minder inwoners dan de gemeente Bunnik, maar niets is minder waar. Zo hoorde het land in de jaren ’60 en ’70 tot een van de meest welvarende landen ter wereld en staat het nu in hetzelfde rijtje als Sri Lanka, Tunesië en Namibië qua economie.

Laten we bij het begin beginnen. Zo’n 3000 jaar geleden kwamen de eerste mensen aan op Nauru vanuit Polynesië en Micronesië. Ze leefden voornamelijk van de visserij, kokosnoten en fruit. De eerste Europeanen die het eiland tegenkwamen waren de Engelsen in 1798. Volgens de verhalen kwam de boot van John Fearn bij het eiland aan. De mensen van Nauru kwamen ze tegemoet met kano’s, maar deden niets. John Fearn vond dat de inwoners zo’n vriendelijke indruk achterlieten, dat hij het eiland Pleasant Island noemde. In de jaren daarna was het eiland onder meer onder invloed van Duitsland, Australië, Nieuw-Zeeland en Japan.

Ieder jaar vieren ze op 26 oktober Angam day. In 1932 waren er na een griep epidemie 230 mensen op Nauru overleden. Dit betekende dat de bevolking van het eiland minder dan 1500 bedroeg. Dit werd gezien als een bedreiging voor het uitsterven van het volk en de cultuur op Nauru. Op 28 oktober werd er een baby geboren die zorgde dat er weer 1500 mensen op het eiland leefden. Dit wordt nog steeds ieder jaar gevierd.

Vanaf 1900 was het bekend dat er een grote hoeveelheid fosfaat op het eiland aanwezig was. Buitenlandse bedrijven hadden hier al van gemijnd, maar pas na de onafhankelijkheid van Nauru in 1968 werd het fosfaat in de bodem intensief gemijnd. De buitenlandse bedrijven trokken weg en Nauru werd al snel een van de rijkste landen ter wereld. De bevolking betaalde geen belasting en voor medische zorg werden de inwoners gratis naar Australië gevlogen. Door de intensiviteit raakte de reserves echter snel op en rond 2000 hield het fosfaat mijnen bijna compleet op. Zo’n 80% van het eiland is gebruikt voor het mijnen van het fosfaat. Zelfs de grond rondom de ambtswoning van de president moest er aan geloven. Tegenwoordig ziet het eiland er zeer gehavend uit wegens de intensieve mijn praktijken. De inwoners van Nauru gingen in zeer korte tijd van stinkend tijk weer terug naar straatarm. In 2009 vermoed men zelfs dat Nauru 50 miljoen dollar van Rusland heeft gekregen om Abchazië en Zuid-Ossetië officieel te erkennen als onafhankelijke staat.

Maar genoeg over de geschiedenis van Nauru, hier zijn nog wat leuke feitjes:

-Nauru heeft het hoogste percentage inwoners met overgewicht ter wereld. Zo’n 94,5% van de inwoners kampt met overgewicht en 71,7% van de inwoners lijdt aan obesitas. 31% heeft diabetes. Dit overgewicht wordt vaak geweten aan de import van westers voedsel en de welvaart in Nauru die ervoor zorgde dat men niet hard meer hoefde te werken.

-Traditionele krijgers kleding uit Nauru werd gemaakt van verschillende vissen, zo werden de schubben van een kogelvis gebruikt voor de helmen van de krijgers.

-Nauru is het minst bezochte land ter wereld. Zo waren er in heel 2011 zo’n 200 toeristen naar het eiland gekomen.

-In Nauru rijden ze aan de linkerkant van de weg, echter is er in totaal maar 30km aan verharde weg op heel Nauru.