De Muur van Mussert: een tastbare zwarte bladzijde van de geschiedenis
Mensen die mij een beetje kennen weten dat ik bijzonder verknocht aan Lunteren ben. ‘Mijn’ schitterende dorp op de rand van de stuwwal, tussen de bossen en het laagland, heeft echter ook een behoorlijke zwarte bladzijde in de vorm van de Muur van Mussert (door de NSB’ers zelf ‘Nationaal Tehuis’ genoemd). Hoewel het complex niet heel vaak gebruikt is, tijdens de bezetting zelfs helemaal niet meer, kennen veel mensen het wel. Over twee weken is het 80 jaar geleden dat de laatste bijeenkomst op het terrein op de Goudsberg was en uiteraard is de zware belading er nog steeds. In 2018 werd ‘de muur’ een Rijksmonument, gezien de historische betekenis.
In 1935 kwam men met het idee om de landdag van de NSB in de open lucht te gaan houden, omdat de zalen waar het eerder werd gehouden allemaal te klein werden. Er werd een plek gezocht in het midden van het land (Lunteren is het middelpunt van Nederland, dus dat is gelukt) waar alle leden en sympathisanten samen moesten komen op Tweede Pinksterdag. Lunteren was gunstig omdat een van de ‘kameraden’ van de NSB daar een stuk grond van 8 hectare had liggen, waar later nog eens 8 hectare werd bijgekocht. Al met al dus een flink terrein, dat ook nog vlakbij het spoor lag. In de oorlog was er een speciale stopplaats gemaakt voor mensen die de partijdag gingen bezoeken. Daarnaast was de locatie ook politiek gekozen: de NSB had veel volgelingen onder niet-stedelingen en zij profileerden zich in die periode steeds meer als een partij voor het ‘gewone volk’.
De bijeenkomsten begonnen in 1936 op een houten podiumpje te midden van een kaalgemaaid voormalig bos onder de naam ‘Hagespraak’. Deze bijeenkomsten waren openbaar: ook niet leden mochten komen, het moest een dag van het ‘gewone volk’ zijn. De bijeenkomsten bestonden uit veel vertoon met een vlaggenparade (met als klapstuk een vlaggenmast van 38 meter hoog), ceremonies, het gezamenlijk zingen van partijliederen en natuurlijk toespraken van de kopstukken. De beweging groeide en in 1938 werd besloten tot het bouwen van een Thingstätte, een soort komvormig openluchttheater, waar de Nazi’s er in Duitsland ook al een aantal van gebouwd hadden. Hetgeen wij nu kennen als de Muur van Mussert is dus een Duitse namaak (zoals eigenlijk een groot deel van de NSB, maar dat terzijde). In 1942 kwam Heinrich Himmler zelfs een kijkje nemen bij het terrein omdat hij groot liefhebber was van deze bouwwerken.
Toen Himmler kwam was de laatste hagespraak alweer twee jaar geleden, omdat de Duitse bezetter grote politieke samenkomsten in het geheel verbood. In 1940 was er nog een bijeenkomst met alleen leden van de partij, maar daarna zijn de massale bijeenkomsten niet meer gehouden. Het terrein is wel in gebruik gebleven als conferentieoord en opleidingslocatie. Helaas is het een deel van de Lunterse geschiedenis geworden met naast ‘de muur’ nog een aantal plekken met een NSB verleden, zoals vakantiecomplex ‘De Scheleberg’ waar een ‘vormingsschool’ was gevestigd, hotel ‘De Wormshoef’ dat aan de einde van de oorlog is gebruikt als martelplaats en gevangenis, en oude woonhuizen van NSB kopstukken. Zo weten veel Lunteranen wel waar ‘de villa van Geelkerken’ staat.
Al vanaf de bevrijding is het al een vraagstuk wat er met het terrein moet gebeuren. Het is gebruikt voor defilés van onder meer padvindersgroepen. Verder groeide het uit tot een campingterrein, wat het tot voor kort ook geweest is. Helaas heb ik geen foto’s, maar de stacaravans vol met Polen voor een half vervallen en overgroeid podium was altijd een absurd gezicht. Op de kopfoto van dit artikel is er nog iets van te zien, met bijvoorbeeld een basketbal paal voor het oude podium. In de jaren ’90 heeft het zelfs de functie van een asielzoekerscentrum gehad, wat in zekere zin toch wel ironisch is. Na eerdere mislukte pogingen om van het restant een monument te maken besloot de campingeigenaar in 2017 om maar eens een sloopvergunning aan te vragen voor het onding. De gemeente had eerder niet de noodzaak gezien om er een monument van te maken, dus nu ook niet. Uiteindelijk is het een Rijksmonument geworden in 2018, waarna ook de stacaravans langzaamaan werden verwijderd. Het plan is er om een informatiecentrum te bouwen over dit schimmige verleden. Hoewel er ook kritiek is, lijkt het mij persoonlijk een waardevolle bestemming. Op dit moment staat er nog geen bordje bij en is het praktisch onvindbaar als je niet weet waar je moet zijn, terwijl het toch een symbool is voor een zowel grimmige als leerzame periode uit onze geschiedenis.
Mocht je meer willen lezen over dit onderwerp: als bron heb ik grotendeels het boek ‘de Muur van Mussert’ van René van Heijningen gebruikt, dat ik zeer kan aanbevelen. Kopfoto gemaakt door J.H. Geurink.