Biergeografie
‘Bier’ betekent veel voor de mens. Het is om te beginnen wereldwijd de derde meest gedronken drank, na thee en water. Het is ook voor veel mensen een bron van gezelligheid, een hersteldrank voor semi-serieuze wielrenners, populairder dan koffie (de andere bron van leven voor velen) én een uitstekende drank om niet per glas maar per vat te drinken, of des noods per krat. Daarnaast vormt het een interessant onderzoeksgebied voor geografen, zo bewezen de Amerikaanse professoren Mark Patterson en Nancy Hoalst-Pullen in 2014 met het door hun samengestelde boek ‘The Geography of Beer – Regions, Environment and Societies’, een verzameling papers over de relaties tussen bier en haar geografie.
De kern van het boek komt op het volgende neer: als er zoveel soorten en stijlen zijn van een drank dat in principe van slechts vier ingrediënten – water, graan, hop en gist – gemaakt is, moet het brouwproces erg complex zijn. Hoe kan zo’n ‘simpel’ drankje dan zo ingewikkeld zijn? ‘In an word – geography’ aldus de auteurs. Graan of hop uit verschillende regio’s kunnen subtiele verschillen in smaak geven, afhankelijk van de grond en het klimaat waarin het groeit. Ook het soort water, met weinig of veel mineralen, bepaalt hoe het biertje uiteindelijk smaakt en wegdrinkt.
Deze verschillen zijn nog steeds eerder subtiel dan significant. De grootste rol in variaties tussen soorten bier spelen de brouwers en hun lokale bierculturen, veel hiervan zijn geografisch te verklaren. Een voorbeeld dat Patterson en Hoalst-Pullen in de inleiding geven: uit het noordwesten van Amerika komt meer hoppig bier, terwijl in het noordoosten meer ale gebrouwen wordt. Nu kan men in het oosten ook best meer hoppig bier brouwen, maar dat zit waarschijnlijk minder in hun Engelse culturele roots. Aan de andere kant groeit de hopplant meer in het noordwesten en dat is terug te vinden in het bier dat daar vandaan komt.
In deze trant hebben de samenstellers meer dan tweehonderd pagina’s gevuld met artikelen over de biergeografie. Van een geschiedenis beschrijving over de ontwikkeling van bier in Europa meer dan drieduizend jaar geleden, de rol van kloosters in het verspreiden van de brouwkunst tot Duitse immigranten die de biercultuur in Amerika een boost gaven. Veel papers focussen zich op Noord-Amerika met analyses van ruimtelijke patronen in de verspreiding van brouwers door de VS, de economische geografie achter de ontwikkeling van de bierindustrie in Wisconsin en de relaties tussen bierproductie en industrialisatie, toegang tot grondstoffen en urbanisatie in Mexico. Verderop in het boek komt ook de wisselwerking tussen klimaten, waterkwaliteit, duurzaamheid en bier aan bod. Veel terugkomend is het verband tussen bierstijlen en de identiteit van regio’s vanuit het begrip ‘neo-localism’, het actief bewaken of creëren van een hechtingsgevoel bij een plek. Heb je er eens over nagedacht dat biernamen meestal niet afhankelijk zijn van de herkomst van ingrediënten maar van de locaties van brouwerijen? Nou ja, daar is dus ook onderzoek naar gedaan.
Natuurlijk, als het eerste vat eenmaal leeg is wordt deze diepere laag van bier wellicht iets minder relevant, maar ook dat wat zo gewoon lijkt is soms meer te waarderen als je weet wat er achter schuil gaat. ‘The Geography of Beer – Regions, Environment and Societies’: Proost!
Tot slot, op Oikos is eerder geschreven over bier en geografie, toen vooral over de consumptiekant. Dat artikel uit 2017 van Yannick Bouten is hier terug te lezen.
Foto van cerdadebbie via Pixabay