Van Unnik Praat #2

In deze rubriek genaamd Van Unnik Praat krijgen onze geliefde, en soms gevreesde, docenten de kans zich te uiten over uiteenlopende zaken, net zoals wij dat als redactie doen. Het kan gaan over de UU, over politiek, over wetenschap, over Sinterklaas, over chocola of over… ons, de SG&PL studenten. Vandaag presenteren wij: Marianne de Beer met de zin of onzin van excursies.

Ongeveer eens paar maand hebben wij met de collega’s een zogenaamd ‘broodje onderwijs’. Onder het genot van een broodje (ook voor docenten geldt dat de opkomst bij bijeenkomsten aanzienlijk wordt verhoogd als er iets te eten of te drinken wordt geserveerd) spreken we dan over onderwijs-gerelateerde zaken. Afgelopen keer stonden de excursies binnen SG&PL op het programma. Een aantal collega’s gaf een inkijkje in hun excursieprogramma en er werden ervaringen uitgewisseld. Ook is er gepraat over het belang van excursies binnen onze opleiding. Een discussie die relevanter is dan op het eerste gezicht lijkt. Want je zou denken, de kans om vanuit je studie met een groep medestudenten en een aantal (over) enthousiaste docenten naar binnen- of buitenland te gaan, dat zijn toch de hoogtepunten van de studie voor elke student Sociale Geografie & Planologie? Dat bleek het afgelopen jaar niet zo vanzelfsprekend als gedacht.

Zelf geef ik al een aantal jaar met veel plezier de excursie naar Wales. Tijdens ons bezoek afgelopen juni had ik een discussie met een student naar aanleiding van diens deelname aan de excursie. Ik dreigde met een aanvullende opdracht als de inzet van deze student niet zou verbeteren in de laatste dagen. Waarop ik de vraag kreeg wat hij/zij hier dan eigenlijk op excursie deed als het cijfer voor het excursiedeel niet bepaald zou gaan worden op basis van veldwerk tijdens de excursieweek maar op basis van een vervangende opdracht. Ik stond even met mijn mond vol tanden. Nog nooit had ik bedacht dat sommige studenten de excursie-week zouden kunnen zien als een verplicht nummertje dat afgewerkt dient te worden om vervolgens een 5,5 of hoger binnen te harken. Zou het ‘rendementsdenken’ er bij onze studenten inmiddels zodanig zijn ingeramd, dat ze alleen maar denken in termen van slagingskansen en het behalen van ECTS? Gelukkig niet, zo bleek gedurende de rest van de excursie week. Onderweg in de bus, tijdens lezingen en het veldwerk kwam het enthousiasme van de groep over wat ze zagen en hoorden duidelijk naar voren. En aan het ontbijt werd niet enkel enthousiast verteld over het nachtleven in Cardiff, maar ook over bevindingen van het eigen veldwerk overdag.

Deze ervaringen in combinatie met de verhalen van collega’s tijdens het broodje onderwijs hebben me weer gerust gesteld; onze studenten zijn nog altijd echte geografen en planologen in de dop. Gelukkig maar! Want ook al moet er tegenwoordig geleend worden om te kunnen studeren (en excursies zijn ook niet goedkoop) en wordt studievertraging uit alle macht voorkomen, toch hoop ik dat onze studenten breder blijven denken dan alleen het behalen van die voldoende. Want een diploma sociale geografie en planologie is meer dan alleen een berg studiepunten, het is een manier van kijken naar de wereld om je heen. En gelukkig zijn er ook dit collegejaar zowel in de bachelor als master weer een aantal mooie excursies in het studie programma opgenomen. Voor de eerstejaars die zich gaan inschrijven voor Ruimtelijke Vraagstukken Europa, Wales schijnt erg mooi te zijn in juni…….