Europeanen zijn eigenwijs. Het liefst spreekt iedereen alleen zijn eigen taal. Er is geen gemeenschappelijke Europese taal. In ons continent worden ruim 200 verschillende talen gesproken. Deze zijn onderverdeeld in de categorieën Romaans, Germaans, Slavisch, Baltisch, Keltisch, Altaïsch, Oeraals en Kaukaskisch. Hoewel de Engelse taal buiten Groot-Brittanie bijna overal wel voorkomt als eerste of tweede taal wordt dit niet gezien als de gebruikelijke taal binnen Europa. Wie wel eens op vakantie is in Frankrijk merkt al snel dat de Fransen het liefst de eigen taal spreken. Zou het niet handig zijn als alle Europeanen de zelfde taal zouden spreken?

Als ze in Europa één taal spreken zou het de communicatie een stuk makkelijker maken. Engels lijkt de meest voordehandliggende taal te zijn als Europese taal. Wel ironisch dat het Verenigd Koninkrijk uit de EU stapt. Maar het Engels wordt overal in en buiten Europa wel gesproken naast de moedertaal. Vanwege de de Britse expansie spreken alle uithoeken ter wereld wel een paar zinnen Engels. Alleen Engels spreken gaat niet bij alle landen even makkelijk. Toch kan bijna 99% van alle Nederlanders met een middelbare schooldiploma zich wel enigszins verstaanbaar maken in het Engels. Slechts 40% van de Spanjaarden kan Engels. Het zou zomaar kunnen zijn dat Engels over 200 jaar de gebruikelijke taal is. Waar eerst werd gedacht dat Latijn de wereldtaal was en later Frans is dat nu het Engels. Taal verandert continu.

De Europese Unie investeert in de diversiteit van de talen. De Europese identiteit blijkt lastig the creëren. Nationale en regionale talen worden daarom gesteund vanuit de EU om de ‘cultuur’ te bewaren. De Europese Unie wilt niet dat Europa (verder) versplintert, zoals in Spanje met Catalonië nu al gebeurt Ghostwriter. Echter maken alle verschillende talen de Europese communicatie soms best lastig. Van de 200 talen in Europa worden er binnen het Europese parlement 23 gesproken. Dat zijn 506 taalcombinaties. Maar het kan eigenlijk veel makkelijker zou je zeggen.

Een ‘oplossing’ voor het communicatieprobleem van de EU ligt er al sinds 1887. Lejzer Zamenhof heeft het Esparanto bedacht, een makkelijk te leren Europese taal. Als iedereen deze taal zou leren, kan elke Europeaan met elkaar communiceren. Nationale belangen zijn er niet met deze taal. Waar huidige talen met een nationaliteit te maken hebben, heeft het Esparanto een neutraal karakter. Het heeft grammatica uit het Romaans, Germaans en Slavisch, waardoor het voor elke Europeaan te leren is. Zo’n 500.000 Europeanen hebben deze taal inmiddels geleerd, maar of Esparanto Engels als eerste of tweede taal afstoot is nog maar de vraag. De EU steunt de nationale en lokale talen en daar past een internationale taal niet in. Toch zou het de communicatie een stuk makkelijker maken. Zo kan je een Bulgaar een stuk makkelijker verstaan als beiden Esparanto als eerste taal hebben geleerd. Maar voor dit zo is zijn we 200 jaar verder en wie weet of Engels nog wel de gebruikelijke taal is.