Stel je voor; je zit in een stadsbestuur van een Nederlandse stad waar iedereen wil wonen maar die niet meer aan de vraag kan voldoen. Wat doe je dan? Juist ja, je laat je planologische magie even werken en stampt in 30 jaar tijd een nieuwe megawijk met naar verwachting 40.000 woningen uit de grond. Dat is het plan dat de gemeente Amsterdam in november vorig jaar presenteerde en wat zij in de periode tot 2040 wil gaan realiseren in het westelijk havengebied. Niet geheel verrassend zal het weer een zeer Nederlands plan zijn. Er wordt namelijk vol ingezet op de stedenbouwkundige paradepaartjes van dit moment; duurzaamheid, mobiliteit en functiemenging met een verdeling tussen woningen en bedrijvigheid in een respectievelijke 80%/20% split.

 

Nu je tot hier gelezen hebt denk je wellicht, wat moet ik met deze info? Dat is een begrijpelijke gedachte, het is immers 3 maanden oud nieuws. Maar nu vraag ik je even met mij mee te gaan naar een ander nieuwsitem uit november 2017, om precies te zijn het 50-jarig jubileum van Lelystad. Die stad was ook een stedenbouwkundig project waar we heden ten dage niet in alle opzichten positief naar terug kijken. Ook deze gebeurtenis werd breed uitgemeten in de media met allerlei terugblikken, vergelijkingen van vroeger en nu en niet te vergeten, het bezoek van ’s lands trots, King Willy himself.

 

Ik denk dat het maken van een vergelijking tussen Lelystad en de nieuw te bouwen megawijk Haven-Stad in Amsterdam niet zo gek is. Beide zijn namelijk grootschalige woningbouw projecten die ervoor moeten zorgen dat er met de druk die de vraag uitoefent op de woningmarkt gedeald kan worden. Na het bekijken van de plannen van de gemeente Amsterdam valt mij nog iets op. Net als bij de steden in Flevoland worden in de planning van Haven-Stad de meest vooruitstrevende ideeën van de huidige stedenbouw geprojecteerd op de stad van de toekomst en hierbij is het opvallend dat zekere uitdagingen die komen kijken bij het realiseren van dit plan hetzelfde zijn als 50 jaar geleden bij Lelystad.

 

De gemeente Amsterdam voorziet zelf namelijk al een paar problemen voor de ontwikkeling van het gebied. Het eerste obstakel is de weginfrastructuur waarvan de capaciteit niet toereikend is, en ook nooit gaat worden, wanneer er 150.000 mensen gaan wonen en werken in het westelijk haven-gebied. Voor een voorspoedige ontwikkeling moet dus geïnvesteerd worden in het ov-netwerk (uiteraard met geld uit Den Haag). Naast dit obstakel heeft de gemeente in een convenant met de in het gebied aanwezige bedrijvigheid vastgelegd dat er tot 2029 sowieso nog niet gebouwd mag worden en mogen de bedrijven blijven tot 2040. De gemeente zegt dat die bedrijven in de juiste omstandigheden welwillend tegenover een vertrek staan en dat het plan dus wel eerder kan worden gestart.

 

Voor de vergelijking kijk ik vooral even naar het eerste obstakel. Toen Lelystad in de jaren ’60 gereed kwam werd de eerste bewoners een goede verbinding met de Randstad belooft. De verbinding zou essentieel zijn voor de ontwikkeling van de stad maar de aanleg van de A6 werd vervolgens uitgesteld en ook een railverbinding (de huidige Flevolijn) liet tot 1988 op zich wachten. Door dit gebrek aan verbindingen kwam de klad er flink in voor Lelystad, in een tijd die economisch gezien toch al niet spetterend was. Mede hierdoor behoorden de werkeloosheids- en criminaliteitscijfers in de jaren ’80 tot de hoogste in Nederland. Oke, de afstanden tussen Haven-Stad en omringende steden zijn natuurlijk veel kleiner dan de afstand tussen Lelystad en de Randstad maar het geeft wel aan hoe belangrijk goede verbindingen zijn voor de ontwikkeling van een gebied. Aangezien de gemeente Amsterdam nu al te kennen geeft dat ze het geld dat nodig is voor die verbindingen niet zelf op kan rochelen maar daarvoor lief naar het Rijk moet kijken, lijkt het ‘Lelystad probleem’ ook voor Haven-Stad op de loer te liggen.

 

Na verder monnikenwerk met het doorspitten van de visie en het plan van de gemeente Amsterdam voor Haven-Stad, schittert een verwachting van de ontwikkeling van de megawijk na de oplevering door afwezigheid. In de vele beschouwingen van Lelystad rondom haar jubileum kwam namelijk ook veelvuldig de leefbaarheid naar voren. Het zal je niet verbazen dat deze niet heel hoog is in een stad die ooit tot de lelijkste plek van Nederland werd uitgeroepen, en dat terwijl het amper een halve eeuw geleden een hypermoderne place2be was. Dat doet bij mij de vraag rijzen, hoe wordt er met Haven-Stad omgegaan in het geval dat er in die wijk rond 2085 grootschalige verloedering optreedt zoals ook Lelystad die heeft gekend de afgelopen decennia?

 

De kwaliteiten en beperkingen van dit plan in beschouwing genomen hebbende, zou ik graag af willen sluiten met een vraag. Stevenen we in Nederland niet te hard af op een tweedeling van saaie, veel te doordachte stadsuitbreidingen aan de ene kant en themapark-achtige binnensteden, die krom gaan onder busladingen toeristen, aan de andere kant? Wonen we in 2090 allemaal in grijsgrauwe vinex-achtige enclaves wanneer de ideeën uit de hedendaagse stedenbouw (zoals de aangehaalde functiemenging die voor levendige gebieden moet zorgen) toch niet zo geweldig toekomstbestendig blijken als dat ze lijken? Het enige antwoord op deze vragen van de horizon achter de planhorizon die ik lijk te kunnen vinden is dat alleen de tijd het zal leren. Iets dat in een strak geregeld vakgebied zoals de Nederlandse ruimtelijke ordening een gek idee is.

Mocht je het leuk vinden om verder te lezen over de plannen van Amsterdam ga dan naar:

https://www.amsterdam.nl/bestuur-organisatie/volg-beleid/haven-stad/

En klik hier als je wat leuke voor en na plaatjes van Lelystad wil bekijken:

https://nos.nl/artikel/2202984-50-jaar-lelystad-mijn-schoonouders-vroegen-of-ik-ging-emigreren.html